Het is belangrijk om te beseffen dat moderne auto's zijn voorzien van diverse emissie-controlesystemen om de emissie van CO, CO2 en HC en NOx in te dammen.
Op de viergastesters worden onverbrande koolwaterstoffen (HC) in ppm (particle per million) gegeven, koolmonoxide (CO), kooldioxide (CO2) en zuurstof in volumeprocenten weergegeven.
Om de emissie van stikstofoxiden (NOx) terug te dringen, zijn auto's voorzien van een EGR-systeem. EGR (Exhaust Gas Recirculation) is een Amerikaanse vinding. Door uitlaatgas onder bepaalde omstandigheden terug te leiden naar de luchtinlaat, wordt de luchtovermaat beperkt en tevens een gas toegevoegd dat niet meedoet aan de verbranding, maar wel opgewarmd moet worden. Hierdoor is de eindtemperatuur van de verbranding lager. Door deze twee effecten ontstaat er minder NOx.
Het partikelfilter maakt deel uit van het uitlaatsysteem. Tot op heden vind je het voornamelijk op dieselmotoren.
Het partikelfilter zit achter de katalysator. Het vangt deeltjes af die voornamelijk uit koolstof bestaan. Sinds 1 februari 2011 zijn roetfilters verplicht op nieuwe dieselmotoren.
Dieselfilters lopen vol met koolstof en moeten daarom met regelmatige intervallen worden schoongebrand. Dit regeneratieproces vindt plaats bij hoge temperaturen, die alleen bij lange ritten kunnen worden gegenereerd, dus niet bij dagelijkse korte trips in de stad. Dit uitlaatgas-nabehandelingssysteem is in de uitlaat geplaatst om de uitlaatgassen na te behandelen en zo schadelijke emissies tegen te gaan. Soms wordt er een katalysator gebruikt om de verbrandingstemperatuur van het roet te verlagen.
Normaal gesproken moet de temperatuur van het uitlaatgas boven de 500° Celsius komen om spontane verbranding van de roetdeeltjes op gang te brengen.
De katalysator maakt eveneens deel uit van het uitlaatsysteem. Hij heeft tot doel om vervuilende emissies bij benzine- en dieselmotoren te verminderen.
Bij benzinemotoren wordt een zogenaamde driewegkatalysator toegepast. Deze katalysator zet stikstofoxide, koolmonoxide en onverbrande koolwaterstoffen om in onschadelijke stoffen (water, kooldioxide en stikstof).
Bij dieselmotoren worden tweewegkatalysatoren toegepast. Die zetten onverbrande koolwaterstoffen en koolmonoxide om in water, stikstof en kooldioxide.
Een katalysator bestaat uit een ceramisch monoliet met een honingraatstructuur, waarvan het oppervlak een coating heeft van edelmetalen zoals palladium. De metalen werken als katalysator om de schadelijke stoffen in het uitlaatgas om te zetten in onschadelijke stoffen. Dat werkt alleen goed als de katalysator door de hete uitlaatgassen hoge temperaturen heeft bereikt.